Decreet Gemeentewegen

Nieuw Decreet houdende de gemeentewegen

Geachte Leden,

Op 24 april 2019 heeft het Vlaams Parlement een decreet aangenomen – unaniem en met veel trots over het resultaat – die de regelgevingen over de gemeentewegen integreert en meteen ook de wet op de buurtwegen opheft.

Procedureel werd dit decreet aangenomen als gevolg van een parlementair voorstel van de meerderheidspartijen zonder tussenkomt van de Vlaamse Regering en zonder de gebruikelijke advisering van de Strategische Adviesraad SARO of zelfs van de Raad van State. Het werd in de laatste vergaderingen voor de verkiezingen van de Commissie Mobiliteit behandeld na wat eerdere consultaties van de begunstigden van het nieuw systeem, niet van de benadeelden ervan en na een zeer summiere hoorzitting met veel ruimte voor de actievoerders in deze materie.

Bij het laattijdig vernemen van de inhoud van dit decreet hebben wij nog juist enkele zware inhoudelijke opmerkingen kunnen formuleren waarna een en andere rechtsonzekere bepaling op het nippertje werd aangepast of verwijderd.

Wat de grond betreft, stellen wij een aantal verbeteringen vast tegenover de vorige regelgeving zoals het mogelijke maken van “conventionele wegen” en een aantal verduidelijkingen, afstemmingen of procedurele vereenvoudigingen. Zoals nu vaak in nieuwe decreten nemen de handhavingclausules een behoorlijk deel van de tekst. Zo hoort de rechtsonderhorige langs zijn weg het geluid van het kanon…

Er zijn toch grote inhoudelijke bezorgdheden in de tekst die voortvloeien uit een zeer eigen interpretatie door de decreetgever van het Burgerlijk Wetboek in het bijzonder wat betreft wegen die in het verleden in onbruik zijn geraakt. De vroegere rechterlijke uitspraken worden nu ondergeschikt aan beslissingen van gemeenteraden die een zeer uitgebreide uitvoerende macht krijgen met allerlei gevaren voor de rechtszekerheid van de individuele eigendom. Mogelijkheden tot beroep zijn er zelfs niet als het over de inhoud van de beslissing gaat.

De tekst van het decreet kan u vinden op https://www.vlaamsparlement.be/parlementaire-documenten/parlementaire-initiatieven/1316975 en het verslag van de plenaire vergadering op https://www.vlaamsparlement.be/plenaire-vergaderingen/1316591/verslag/1317954

Het decreet wordt binnenkort gepubliceerd in het Staatsblad. Het valt nu te bekijken welke actie moet gevoerd worden. Onze Raad van Bestuur zal zich tegen het einde van de maand mei uitspreken en, gezien de zware juridische ingrepen, eventueel stappen ondernemen voor een beroep bij het Grondwettelijke Hof. Wij vragen u ondertussen uw reacties naar ons toe te sturen via mail (info@landelijk.vlaanderen) zodat wij dan ordentelijk kunnen handelen samen met onze advocaten.

Vlaamse regering heeft Europese instandhoudingsdoelstellingen en natuurdecreet definitief goedgekeurd

Op 25/04/2014 heeft het Vlaams Parlement het nieuwe Natuurdecreet goedgekeurd. Vlaams minister van Leefmilieu en Natuur Joke Schauvliege: “Dit is een reuzenstap in de bescherming van de natuur in Vlaanderen en geeft meer partners een gelijke armslag om aan natuurbeheer te doen.” Het nieuwe Natuurdecreet integreert natuur- en bosbeheer, snoeit de talloze plannen terug tot één beheerplan en stelt het beheer open voor iedere geïnteresseerde. Met dit decreet kunnen de 36 Instandhoudingsdoelstellingen (IHD) die de Vlaamse regering woensdag al goedkeurde, worden uitgevoerd. IHD’s zijn bijkomende oppervlaktes en kwalitatieve doelen voor Europees beschermde habitats en Europees beschermde diersoorten die Vlaanderen moet realiseren.

 

Het nieuwe Natuurdecreet dat de 36 instandhoudingsdoelstellingen effectief en efficiënt zal helpen realiseren, focust op het resultaat van het natuurbeheer, in de plaats van op specifieke maatregelen en wie het uitvoert. Daartoe is de regelgeving ingrijpend vereenvoudigd: de versnipperde en complexe beheerplantypes (bosbeheerplan, natuurbeheerplan, harmonisch park- en groenbeheerplan,…) met elk hun financieringssysteem zijn tot één beheerplan en één financieringssysteem teruggebracht. Bovendien worden de subsidiekanalen voor iedereen beschikbaar opengesteld onder het solidaire motto ”hetzelfde werk verdient een eenzelfde verloning”.
Vlaams minister Joke Schauvliege: “Privépersoon, terreinbeherende natuurvereniging of overheid, iedereen zal op gelijke wijze ondersteund worden. De steun wordt getoetst aan de ambitie van het ingediende geïntegreerde beheerplan dat oog moet hebben voor zowel de ecologische, de economische als de sociale functie. Dit decreet moet iedereen die op een duurzame, planmatige manier aan natuurbeheer en -behoud wil doen, aanmoedigen om mee voor de Vlaamse natuur in de bres te springen.”

Landelijk Vlaanderen is verheugd met de nieuwe situatie

De oude decreten

Het bosdecreet van 1990 werd geïnspireerd door honderd jaar multifunctioneel bosbeleid met een daarop gerichte administratie en een sterk private component. Het voerde interessante figuren in zoals beheerplan, subsidies en bosgroepen. De bossector zelf kreeg echter weinig politieke aandacht zodat de visievorming nooit werd geactiveerd, het budget miniem, de sector marginaal en de onderliggende economische functie ondergeschikt bleven.
Het natuurdecreet van 1997 werd niet evenwichtig opgevat maar wel als een figuur waarbij natuurbehoud een taak was van overheid en natuurverenigingen. Er werden overlappende planfiguren ingevoerd zoals gesubsidieerde reservaten, het VEN met voorkooprechten en de premissen van Natura 2000. De regionale landschappen werden opgericht met diverse actoren in de regelgeving aangeduid maar, eigenaardig genoeg, zonder de private landbeheerders of de bosgroepen.
Buiten de overheid was de inbreng van de actoren bipolair met natuurverenigingen en landbouw. Het effectief natuurbeheer was dit van overheid en van verenigingen met het reservaatbeheerplan en het natuurrichtplan waarin private eigenaars ook geen plaats hadden. Landbouw had de beheerovereenkomsten. Het privaat beheer bestond dus niet, wat een actieve aankooppolitiek verrechtvaardigde met uitgestrekte voorkooprechten in VEN-gebieden en rond reservaten en kwantitatieve doelen gereserveerd voor specialisten.
Met de dringende nood om het Natura 2000-beleid te activeren kwam het besef dat de medewerking van alle actoren onontbeerlijk was. Een nieuwe dynamiek initieerde de Vlaamse overleggroep en legde een kader met de intentieverklaring getekend door de minister, de administraties en de actoren. De private partners werden aangesproken, maar een lange inhaalbeweging met hermotivatie en insteek werd altijd als noodzakelijke voorwaarde gesteld om een actieve medewerking te verzekeren.
Na een overleg van enkele jaren, zijn er mooie resultaten geboekt wat betreft de voorbereidende fase van het IHD beleid. Voor de uitvoeringsfase waren grondige aanpassingen duidelijk ook nodig:
·       het combineren van bos en natuur met het aanpassen van de onderliggende filosofie.
·       het inschakelen van alle actoren, ook de private, met gelijke rechten.
·       het herijken van de regelgeving en van de instrumenten.
De landeigenaars hebben actief medegewerkt in de overleggroep en deelgenomen aan het unaniem advies van de Minaraad na een diepgaande studie. Zij hadden de ambitie aan te tonen dat zij volwaardige medespelers kunnen zijn en dat natuurbehoud een gedeelde taak is. Als neveneffect zag men dat de deelnemers elkaar beter leerden begrijpen en consensus zochten, alleszins in het IHD-verhaal. Het resultaat is het nieuw decreet dat een evenwichtig voorstel lijkt.

Het nieuwe decreet

Het eerste deel voorziet de combinatie van bos- en natuurregels en instrumenten voor het beheer inclusief door private partijen. Dit is voor hen essentieel om nu eindelijk het natuurbeleid in vertrouwen mede uit te voeren.
Het tweede deel over IHD is het resultaat van het diepgaand gezamenlijk overleg.
De regelgeving kan er wel zijn maar de politieke actoren zullen moeten zorgen voor de nodige middelen die, zoals nu wel gekend, omvangrijk zijn in een periode van besparingen. Het is een kwestie van prioriteit en van doelmatigheid.
Het derde punt is de overheveling van de bosgroepen en de regionale landschappen naar de provincies. Dit is een moeilijke overgang juist op het moment dat die actoren sterk zullen moeten ingezet worden in het IHD-verhaal.

De toekomst

Voor de toekomst is de taak duidelijk: een geslaagde uitvoering. Wat de regelgeving en de instrumenten betreffen, betekent het nieuw decreet een grote stap vooruit maar het is nog niet volledig en coherent. De inhaalbeweging bij private beheerders verschaft hen de instrumenten. De begeleidingmoet ervoor zorgen dat zij nu aangesproken, gesensibiliseerd en gevormd worden, en dit best uit eigen rangen, om met kennis en vertrouwen hun terreinen in te schakelen. Hiervoor zal het “Aanspreekpunt privaat beheer – natuur en bos” door de koepel van de bosgroepen en Landelijk Vlaanderen dienen.

https://landelijk.vlaanderen/politiekmemorandum2014

Bijlage: 20140430 natuurdecreet_0.pdf