Het decreet “Ruimtelijke Ordening” heeft een nieuw instrument ingevoerd onder de naam “Ruimtelijk Uitvoeringsplan” (RUP), dat de gewestplannen en BPA’s vervangt. Dit instrument laat concrete bestemmingswijzigingen van percelen op het gewestplan toe om de doelstellingen van RSV, door het spoor 2, te verwezenlijken.
In een RUP stelt een van de overheden (gewest, provincie, gemeente) een nieuwe planologische bestemming voor van alle percelen van het “RUP-gebied” en onderwerpt het plan aan een openbaar onderzoek. Er zijn 10 categorieën bestemmingen: wonen, recreatie, bedrijvigheid, landbouw, bos, groen (“gemengd groen” en “park”), gemeenschapsvoorzieningen, lijninfrastructuur, ontginning. Voor de bestemmingen “bos”, “natuur” en “groen” is een extra GEN of GENO (samen VEN) overdruk mogelijk.
De Vlaamse Regering heeft in een besluit “stedenbouwkundige type-voorschriften” voor elke bestemming bepaald. Het zijn generieke maar indicatieve voorschriften waarvan een RUP kan afwijken en de specifieke voorschriften voor de plaats bepalen (wat men er mag doen), de inrichting van de verschillende functies en het beheer ervan (behoud van de plaatselijke typologische kwaliteiten, verplichtingen en verbodsbepalingen). Deze voorschriften kunnen enkel van stedenbouwkundige aard zijn en niet van sectoriële aard.
Net zoals voor de structuurplannen, zijn er gewestelijke, provinciale en gemeentelijke RUP’s. Deze laatsten regelen specifieke plaatselijke kwesties en kunnen dus op de gemeente geraadpleegd worden.
Een compensatie voor verlies van waarde bij herbestemming van percelen door een RUP is voorzien zodat de eigendomsrechten toch worden geëerbiedigd. In sommige RUP’s kunnen Vlaamse voorkooprechten gelden (zie punt 341).
Voor de lopende RUP’s kan u hier ook een tabel vinden, op de site van Landelijk Vlaanderen.