Het bosdecreet verplicht elke eigenaar van een bos van 5 ha of meer om een beheerplan op te stellen. Voor bossen van minder dan 5 ha (of in totaal meer dan 5 ha maar met afzonderlijke bosjes van minder dan 5 ha) kan een plan worden opgesteld.
Een bosbeheerplan geeft aan hoe de uitgangspunten van het duurzaam bosbeheer omgezet worden in de praktijk. De bosbeheerder geeft aan hoe en welke concrete doelstellingen hij wil bereiken voor de verschillende functies in de loop van de volgende 20 jaar, vertrekkende vanuit de bestaande toestand. De kappingen, herbebossingen en een aantal technische ingrepen worden aangegeven.
Er bestaan twee soorten beheerplannen: het beperkte en het uitgebreide plan.
Bossen in het VEN (of deze die in de toekomst onderworpen zullen worden aan een natuurrichtplan of een alternatief binnen de SBZ-gebieden), moeten volgens een uitgebreid plan beheerd worden. Het plan wordt opgesteld aan de hand van een inhoudstafel zonder invuldocumenten; het is vrij complex want het is gebaseerd op een uitvoerige inventaris van de elementen op het terrein. Het wordt zodus meestal door een expert opgesteld in opdracht
van de beheerder. De kosten zijn in ruime mate gesubsidieerd.
Het uitgebreide bosbeheerplan volgt de ‘Criteria Duurzaam Bosbeheer’ (CDB) en geeft vrijstelling van schenkings- en erfenisrechten (op de gronden en de beplantingen) indien het plan goedgekeurd is voor of binnen de 4 jaar na de opening van een nalatenschap.
Het beperkt bosbeheerplan heeft niet dezelfde ‘robuustheid’ (doeltreffendheid van het plan) en is minimalistisch. Het vergemakkelijkt wel de relaties met de administratie en vereenvoudigt de aflevering van vergunningen. Het ANB (Agentschap voor Natuur en Bos) stelt typeformulieren ter beschikking en keurt het plan goed.
Een gemeenschappelijk bosbeheerplan met verschillende beheerders (bv. in een bosgroep) is mogelijk op vrijwillige basis.
De kappingen, bepaald in een goedgekeurd plan, mogen onmiddellijk worden uitgevoerd en zijn niet meldingsplichtig. Ook de natuurvergunningsplicht vervalt en de eventuele ontheffingen van de VEN-verboden worden verleend met de goedkeuring van het plan.
Er bestaat een paritaire beroepscommissie voor betwistingen over de bosbeheerplannen, maar voor kapmachtigingen kan er niet in beroep gegaan worden (buiten een beroep bij de Raad van State).