ANB

De bevoegde administratie voor Natuur is het ‘Agentschap voor Natuur en Bos’ – ANB. Ze bestaat uit 3 takken: het ‘beheer’ van eigen terreinen met ‘boswachters’, het ‘beleid’ voor de begeleiding van de actoren (bv. vergunningen) met ‘beleidsadviseurs’ en de ‘handhaving’ met ‘natuurinspecteurs’. De basisorganisatie is de provinciale directie met de 3 operationele takken. Een steun wordt vanuit Brussel geleverd.

De privébeheerders hebben de meeste contacten met de tak ‘beleid’ die de vergunningen en subsidies geeft.

Het ANB voert sommige projecten uit, in het bijzonder de stads- of parkbossen als groene long dicht bij grote steden. Het doel is 16 ‘stadsbossen’ dicht bij 57 ‘klein stedelijke gebieden’ te realiseren. Het best gekende stadsbos is het ‘Parkbos Gent’.

Het ANB heeft een beleid ontwikkeld voor het ‘overig groen en parken’ (vooral openbare parken) met een visie over het ‘Harmonisch Parkbeheer’. Een aantal‘vademecums’ voor het parkbeheer zijn ter beschikking gesteld van openbare en privé parkbeheerders.

Wie is ANB en organigram?
Welke zijn de eigen domeinen?
Wie zijn de gesprekspartners bij ANB?
FAQ natuur en bos.
www.natuurenbos.be

 

INBO

Het ‘Instituut voor Natuur en Bosonderzoek’ (INBO) is een wetenschappelijk onderzoekinstituut, met een belangrijk aantal medewerkers, die basisstudies uitvoert, wetenschappelijke inlichtingen verschaft en onderzoeksgegevens levert voor de materies ‘natuur en bos’. Dit instituut heeft tot nu toe weinig rechtstreekse contacten met de privébeheerders maar deze zullen worden ontwikkeld. Het INBO

  • publiceert het ‘Natuurrapport’, een kwantitatieve inventaris van de kwaliteit van de natuur. Dit document geeft een overzicht van de verschillende aspecten van het natuurbeleid, analyseert de projecten en de instrumenten en geeft de cijfers vergeleken met de doelstellingen. De doelstellingen worden trouwens in het officiële meerjaren plan, Mina-Plan, opgenomen (het 4de is in opmaak, 2011-2015);
  • verspreidt talrijke wetenschappelijke publicaties en kaarten;
  • beheert wetenschappelijke databases;
  • beheert een centrum van wetenschappelijke kennis over de natuur, dat wetenschappelijke kaarten en atlassen opstelt, gegevens en studies inzamelt.

De ‘biologische waarderingskaarten’ beschrijven de natuurwaarde van elk perceel.
Deze kaarten zijn niet gemakkelijk toegankelijk.

 

OC-ANB

Een Ondersteunend Centrum werd opgericht onder de naam van OC-ANB met als taak:

  • opleiding- en vorming (onder de naam van Inverde) met cursussen en praktische opleidingen voor geïnteresseerde derden, met inbegrip van de privé beheerders. Het cursussenprogramma Inverde (cursusaanbod);
  • steun te leveren in ‘boseconomie’ voor de openbare en privé actoren;
  • de verkoop van de houtproductie van de bossen in eigendom van ANB en de valorisatie van zijn patrimonium. OC kan ook ‘groene diensten’ aanbieden aan openbare en privéactoren.

 

Strategisch Advies

Het Vlaams Gewest heeft voor zijn verschillende beleidsvelden een reeks strategische adviesraden opgericht, die een officieel advies brengen over elk decretaal initiatief in het betrokken beleidsveld, de activiteiten van de administraties volgen en eventueel adviezen uit eigen initiatief geven.

Voor het beleidsveld ‘Leefmilieu en Natuur’ is de Minaraad bevoegd. De werking ervan werd in 2009 herzien. Vertegenwoordigers van de voornaamste socio-economische actoren en van natuur, landbouw, bos, jacht, visserij, … zetelen in de Minaraad. De Minaraad wordt aangevuld met specifieke permanente werkcommissies (PWC), waarvan deze voor natuur, bos, jacht, visserij die een bredere basis geven in de voorbereiding van de werkzaamheden.

De Minaraad is een ideale waarnemingsplaats om de beleidsevoluties te volgen. Het is tevens een overlegtafel voor de actoren die actief zijn in de betrokken materies en een plaats om voorstellen te formuleren. De Minaraad publiceert haar adviezen en studies.

 

Regionale Landschappen

Het natuurdecreet heeft een instrument onder de naam van ‘Regionale Landschappen’ opgericht. Het zijn subregionale verenigingen die vooral door ANB worden gefinancierd en die de plaatselijke actoren van de verschillende, bij de natuur betrokken, organisaties groeperen (behalve de eigenaars in het bestuur). De Regionale Landschappen promoten de waarden en producten in verband met de natuur (KLE – kleine landschapselementen, soortenbehoud, minder belangrijke onderhoudswerkzaamheden, acties ter promotie van de natuur, openbare informatie, restauratie van het kleine erfgoed). Zij beschikken over personeel dat de gemeenten en de particulieren op hun werkingsgebied helpt en doen beroep op arbeidskrachten met een bijzonder sociaal statuut.

De Regionale Landschappen zijn ontstaan als regionale initiatieven van vooral lagere besturen rond de thema’s natuur en natuurgerichte recreatie/educatie. Vlaanderen kent momenteel 14 definitief erkende regionale landschappen die bijna de helft van de Vlaamse oppervlakte als werkingsgebied hebben. Ze bestrijken, niet toevallig, een aantal gebieden die nog belangrijke landschappelijke kwaliteiten bezitten. De Regionale Landschappen zijn partners om een actieve landschapszorg als troef voor een duurzame regionale ontwikkeling mee uit te bouwen. Vanuit hun gebiedsgerichte terreinkennis, hun contacten met gemeentebesturen en administraties, de belangrijke verweving natuur, landschap en recreatie zijn de Regionale Landschappen nuttig voor de promotie van een actieve landschapszorg en het creëren van een gemeentelijk en maatschappelijk draagvlak.

Het Vlaams Gewest steunt de Regionale Landschappen door de betoelaging van één personeelslid, ‘de landschapsanimator’ en voor de uitvoering van landschapsbeheerwerken, met het project ‘landschapsteams’. Ook de provincies en de erfgoedadministratie financieren Regionale Landschappen.

www.regionalelandschappen.be

 

Privéactoren

Het Natuurdecreet geeft een belangrijke plaats aan de natuurverenigingen voor het beheer van reservaten. Maar die hebben ook een politieke lobbyactiviteit en worden structureel ondersteund (zie punt Subsidie voor milieu- en natuurbeweging).

De voornaamste natuurvereniging is ‘Natuurpunt’ die ongeveer 80.000 leden telt en op alle fronten van het terreinbeheer, van het beleid en van de politiek een belangrijke aanwezigheid heeft, over sterke studie- en lobbycapaciteit beschikt alsook over politiek relais. Naast haar invloed op het beleid, beheert Natuurpunt een aanzienlijke oppervlakte reservaten. Leden zijn ook in politieke kringen aanwezig en in overheidsorganen en kabinetten tewerkgesteld.

Andere gewestelijke natuurverenigingen zijn ‘Limburgs Landschap’ vzw en ‘Durme’ vzw.
www.natuurpunt.be
www.limburgs-landschap.be
www.vzwdurme.be

 

Erkende diverse verenigingen

Verenigingen die het beleid ondersteunen voor het behoud van de natuurlijke milieus en inzake de voorlichting en de vorming van het publiek op het gebied van bosbouw, jacht, faunabeheer kunnen door ANB erkend worden (396) onder bepaalde voorwaarden en krijgen dan een kleine subsidie.

 

Subsidie voor de milieu- en natuurbeweging

Het Besluit van de Vlaamse regering van 10/10/2003 stelt de regels vast voor de erkenning en subsidiering van milieu- en natuurverenigingen (397) op basis van het decreet van 29/4/1991 (vertaling in het Frans) over de Minaraad en de erkenning en subsidiering van die verenigingen.

Gewestelijke (minimum 8.000 leden en actief over gans Vlaanderen), thematische en regionale (minimum 500 leden op subregionaal niveau) milieu- en natuurorganisaties kunnen een erkenning aanvragen als zij een publicatie uitgeven, gans het jaar actief zijn in een werkingsgebied en aan een aantal andere voorwaarden tegemoetkomen.

Een organisatie van erkende verenigingen kan ook als koepel erkend worden onder een aantal voorwaarden waaronder het feit dat die koepel ten minste de meerderheid van de erkende verenigingen overkoepelt. Deze koepel

  • verzorgt een algemene coördinatiestructuur en specifieke netwerking via gezamenlijke standpunten, acties en campagnes inzake het brede spectrum van het natuur- en milieubeleid;
  • treedt in milieu- en natuuraangelegenheden op als spreekbuis voor haar aangesloten verenigingen;
  • vertegenwoordigt haar aangesloten verenigingen bij de Vlaamse overheid, in de overlegfora en adviesorganen en bij andere bij het Vlaams milieubeleid betrokken doelgroepen;
  • ondersteunt en verspreidt haar publicatie onder haar aangesloten verenigingen.

Die verenigingen ontvangen subsidies voor hun algemene werking waaronder 90% van de personeelskosten met, daarenboven, een aanvullende subsidie voor zekere activiteiten en prestaties.

De koepelorganisatie krijgt jaarlijks een werkingssubsidie van € 17.355 en een subsidie voor zes personeelsleden plus bijkomende subsidies, afhangend van het aantal aangesloten verenigingen, voor ondersteunende dienstverlening.

Een gewestelijke of thematische vereniging krijgt jaarlijks een werkingssubsidie van € 9.000 en een subsidie voor 3 personeelsleden plus bijkomende subsidies.

Een regionale vereniging krijgt een werkingssubsidie van € 9.000 en een subsidie voor een halftijdse tewerkstelling plus bijkomende subsidies.

Streekverenigingen krijgen een subsidie tot 50% van hun werkingskosten.

Elke vereniging uit de milieubeweging die zetelt in de Minaraad krijgt een ‘aanvullende’ subsidie voor haar adviesrol, overeenkomend met de totale kost van een hoger kaderlid van deze Raad, met een totaal dat overeenkomt met de kost van 6 personeelsleden van de Raad.

Die subsidies kunnen nog worden verhoogd met ‘bijkomende’ subsidies, gebonden aan sommige voorwaarden.

Deze subsidies komen uit het ‘Minafonds’ en bedragen jaarlijks meerdere miljoenen euro. De andere leden van de Minaraad en vooral de vrijwilligers krijgen geen ondersteuning.