Om het wegstromen van het water te regelen werden overstromingsgebieden afgebakend langs de stromen en rivieren deze worden tevens ingericht om de natuurfunctie te bevorderen. Het beheer van bos en landbouw in deze gebieden is er aangepast mits financiële instrumenten om de bijkomende last te dekken. Een overdruk ‘overstromingsgebied’, waarin het voorkooprecht geldig is, kan opgelegd worden in een RUP. Onteigeningen zijn mogelijk. Overstromingsgebieden beslaan op het gewestplan momenteel 3.500 ha.

Een ‘standaard’ oeverzone is een zone langs het water met het talud. Op een afstand van 5 m zijn beperkingen mogelijk. Een ‘bredere’ oeverzone kan eventueel in een bekkenbeheerplan bepaald worden. Deze zone waarborgt de natuurlijke werking van de waterloop en beschermt tegen erosie, de aanvoer van sedimenten, mest of herbiciden. Bijgevolg is de oeverzone het onderwerp van voorzorgs- en verbodsmaatregelen zoals het gebruik van meststoffen en bestrijdingsmiddelen, het deponeren van ruiminglib en constructies. Er is geen schadevergoeding voor de last in deze oeverzones en het Vlaamse voorkooprecht is er geldig. De overheid overweegt het ‘oeverzone’ beleid aan te passen en flexibeler te maken (oeverzoneprojecten, opstellen technische en juridische vademecums, …).

De overheid heeft 47 ha oeverzone aangekocht op de 100 ha die voorzien zijn.

Standpunt Landelijk Vlaanderen: Een vergoeding voor de last bij de oeverzones zou billijk zijn en is trouwens overwogen. Een mogelijkheid zou kunnen ingevoerd worden om een vrijwillige beheersconvenant (niet dat van PDPO) af te sluiten tussen de waterbeheerder en de aanpalende landbeheerder om, waar mogelijk, de onderhoudswerken op een coherente manier door deze laatste te laten uitvoeren (bv. in het kader van een landgoed). Dergelijke overeenkomst zou kunnen kaderen in een goedgekeurd beheerplan.

De kaarten van de overstromingsgebieden en oeverzones (en zones met voorkooprecht).
Subsidies en financieringen (‘Rubicon’ fonds)