De hierboven beschreven planningsprocedure is met haar 6 planlagen een tijdrovend besluitvormingsproces met cyclisch opgestelde visies en evolueert feitelijk tot het boekhouden van de ruimtelijke aanspraken van de verschillende sectoren. Het beeld van 15 jaar geleden wordt nu uitgevoerd met weinig gehoor voor huidige maatschappelijke ontwikkelingen en wordt herleid tot procesmanagement.

Veel stemmen vragen nu dat Ruimtelijke Planning weer strategisch wordt, volgens een partnerschapsmodel en met integrerende scenario’s. Dit werd vertaald in de beleidsnota “Ruimtelijke Ordening 2009-2014” die wil inspelen op de nieuwe maatschappelijke noden, zonder de vaste waarden over boord te gooien. Ruimtelijke planning moet strategisch zijn, dynamischer, met innovatieve ideeën, maatschappelijk gedragen en selectiever. Daarom werd een “Beleidsplan Ruimte Vlaanderen” (BRV) aangekondigd, uitgewerkt volgens een, nu klassieke, weg van groenboek, witboek en ontwerpbeleidsplan in een participatief proces.

Het groenboek, voorzien voor einde 2011, zal de lange termijn (LT) krachtlijnen uitstippelen van het ruimtelijk beleid met insteek over korte termijn (KT) acties. Een visie over de doorwerking naar de sectoren en lokale besturen zal gegeven worden met relatie tussen LT-visies en verordenende plannen voor de burger en realisatiegerichte instrumenten. Het groenboek moet enerzijds een coproductie zijn met een ruim maatschappelijk debat en anderzijds integrerend werken met processen en toekomstbeelden van andere beleidsdomeinen, zowel in Vlaanderen als in andere (Belgische en Europese) regio’s. Er moet ook worden geleerd van het huidige plansysteem.

Met het “VIA-plan” (“Vlaanderen In Actie”) heeft de Vlaamse Regering de ambitie om, met inspraak van de maatschappelijke actoren, Vlaanderen uit te bouwen tot een groen stedengewest. Belangrijke vraagstukken zullen aan bod komen zoals: samenhang stedelijk gebied en buitengebied, vrijwaring van de open ruimte, klimaat en energie, kenniseconomie, logistieke draaischijf en demografische evoluties. Het gebruik van scenario’s, gelijklopend met die van andere beleidsdomeinen voor een onzekere toekomst, wordt overwogen. Ondertussen wordt het huidig RSV verder uitgevoerd.

De ambitie is om, tijdens de huidige regeringsperiode, een nieuw RSV op zijn minst voorlopig vast te stellen. Dit zal zijn na verwerking van de maatschappelijke consultatie in 2012 en afwerking van het witboek einde 2013. Het zal de langetermijnvisie van de Vlaamse Regering op de ruimtelijke ontwikkeling bevatten en de ruimtelijke beleidsaccenten die de volgende Vlaamse Regering kan leggen op kortere termijn.